Let’s talk about sex
- 4 min leestijd
Grensoverschrijdend gedrag is niet meer weg te denken uit het maatschappelijk debat. Onveilige situaties verschijnen in nieuwe vormen en op uiteenlopende plekken. De schrik zit er goed in. Achter iedere boom of boardroomdeur, kan een Marc Overmars staan. Daar staat tegenover dat onschuld aan inflatie onderhevig lijkt. En op de vraag wat nu precies als grensoverschrijdend gedrag moet worden aangemerkt is geen eensluidend antwoord te geven.
Simone Kaper, Kaper Nooijen Advocaten
Niemand wil de verantwoordelijkheid nemen voor het laten voortbestaan van een onveilige situatie. Dat is begrijpelijk, maar leidt er ook toe dat leidinggevenden vaak hals over kop ingrijpen als er signalen van onveiligheid of ongewenst gedrag naar boven komen. Onderzoek is soms gebrekkig en de norm over wat wel en wat niet toelaatbaar is, is vaak onduidelijk.
Soms worden mensen gecanceld om niks, of voor de zekerheid. Dat voelt ook niet lekker. Wie niks zegt, doet niks fout, maar dat is in zekere zin ook onveilig (om uit het niets tot dader gebombardeerd te kunnen worden).
Het is broodnodig, belangrijk en zinvol dat er meer dan ooit aandacht is voor ongewenst gedrag en gevoelens van onveiligheid op de werkvloer (en in andere hiërarchische verhoudingen, zoals bijvoorbeeld in een onderwijssetting of behandelsector). Uit de vele gevallen die naar boven komen, blijkt wel hoe groot de maatschappelijke behoefte aan een nieuwe beschouwing van omgangsvormen is. Samen naar een nieuwe norm. Maar waar ligt die dan?
Met stemverheffing spreken, leidde tot gevoelens van onveiligheid. Zodanig dat een Kamervoorzitter die vooral te boek stond als uiterst deskundig en betrokken, onteerd het veld ruimde. Ik ken ook een geval van een leidinggevende die in het voorbijlopen tegen een medewerker zei: ‘Het is niet de bedoeling dat je onder werktijd patience speelt’. Jaren later wordt dat voorval door integriteitsonderzoekers ingebracht als een voorbeeld van intimidatie en zelfs grensoverschrijdend gedrag door die leidinggevende. En een bondscoach die – ik maak geen grap – te prestatiegericht zou zijn geweest, omdat hij tegen een sporter die al drie maanden niet getraind had zei: ‘Je moet nu toch gaan trainen anders kan je niet in de selectie blijven.’ De sporter had het dreigement uit de selectie gezet te worden als onterecht en onveilig ervaren.
Volgens Claudia de Breij mag je alleen die dingen zeggen die je ook tegen je moeder zou zeggen, maar ik vraag me af of ons mam het daarmee eens geweest zou zijn.
Regeringscommissaris Seksueel Grensoverschrijdend Gedrag en Seksueel Geweld, Mariëtte Hamer, omschrijft het als volgt ‘Als je de grens overgaat en iets doet wat de ander niet wil. Als twee samen zitten te dollen dan is dat goed tot op het moment dat één van hen het niet leuk meer vindt.’
De dominante opvatting anno 2023 lijkt te zijn: voelt iemand zich onprettig bij een bepaald gedrag? Met daaraan gekoppeld het streven naar een sensitievere samenleving te komen waarin we dat beter aanvoelen van elkaar.
Maar voor we daar zijn, moeten we nog steeds iets met die norm. Want onprettig en verwijtbaar zijn geen synoniemen. Dat iets onprettig aanvoelt bij de één is alle reden voor de ander om dat gedrag te staken, maar wil niet automatisch zeggen dat die ander fout zat.
Een cultuuromslag gaat over het algemeen gepaard met excessen, uitvergroot in generaties. Zonder die excessen, waar we misschien nu wel middenin zitten, kan er geen nieuwe orde worden vastgesteld. We hebben de daders die ook niks meer mogen zeggen en de slachtoffers die al aanstoot nemen aan het allerkleinste keihard nodig in dit proces. We moeten de grens tussen comfort van de één, en ongemak van de ander blijven opzoeken, om vast te stellen waar die grens dan ligt. En dat kan ook nog per sector of situatie ook verschillen.
We kunnen die nieuwe norm niet met een paar strepen op een bierviltje tekenen, we moeten er naartoe leven. Een soms wat doorgeslagen sensitiviteit en een morele veroordeling op verdenking in plaats van bewijs horen daar misschien bij. Met alle bijkomende schade van dien. Een reputatie beschadigen, is zo gebeurd. Een reputatie herstellen soms onmogelijk. Even onmogelijk als het wegnemen van PTSS of andere restschade waar slachtoffers in hun leven mee verder moeten.
We betalen samen een prijs om de verschuiving in hoe wij ons tot elkaar verhouden te corrigeren naar een norm die voor iedereen goed voelt. Dat betekent dat er aan beide kanten van de medaille ‘slachtoffers’ vallen: de melders van grensoverschrijdend gedrag die onvoldoende worden gehoord en de vermeende daders aan wie achteraf bezien amper iets te verwijten viel. Casualties of change? Laten we in ieder geval proberen die slachtoffers tot een minimum te beperken en zo snel mogelijk te leren hoe het beter kan.